
Rendieren: vertrouwde verschijning van het noorden
Toendra's, ruige bergen en een omgeving met veel mossen zijn ideale plekken voor rendieren. Die zijn er genoeg in het noorden. Al eeuwen vormt het rendier een vertrouwde verschijning.
Het rendier, Rangifer tarandus, behoort tot de familie van de herten. De rendieren in Scandinavië zijn minder groot dan de soortgenoten elders; ze bereiken een hoogte van 107 tot 127 cm. In tegenstelling tot andere hertensoorten dragen mannelijke en vrouwelijke dieren een gewei. Het rendier leeft in kuddevorm met duidelijke onderlinge machtsverhoudingen.
Het Scandinavische rendier nauw verwant aan soortgenoten in andere noordelijke streken zoals Groenland, Alaska en Canada. Binnen Europa en Azië waar de dieren leven tot ver in China en de Berentzstraat bestaan ook weer diverse stammen.
Maar ook binnen Scandinavië zijn er verschillen; zo is er op Svalbard een aparte stam: Svalbardrein (Rangifer tarandus platyrhynchus).
Wat hun leven in Scandinavië betreft zijn er twee vormen van rendieren: de wilde rendieren in de berggebieden zoals Hardangervidda, Dovrefjell in Noorwegen en de Zweedse bergen en de gefokte beesten van de Sami in Lapland en Noorwegen, Zweden, Finland en Rusland. In Zweden leven zo'n 260.000 rendieren, schattingen in Noorwegen spreken van 200.000 dieren.
In de natuur of op de weg zie je soms dieren in kuddes, en soms losse exemplaren. De dieren hebben een voorkeur voor een afwisselende begroeiing. Rendiermos staat hoog op de menulijst van de viervoeters van de bergen en toendra's. In de zomer zijn ze ook graag in de sneeuw; ze hebben daarbij minder last van ongedierte.
In de winter daarentegen kan een dikke sneeuwlaag voor problemen zorgen, met name voor zwakkere dieren. Tegenwoordig houden de rendierhouders de dieren vaak ook in een kleiner gebied met bijvoeding van de dieren. Zowel het houden van dieren als de populatie van wilde stammen staat onder controle van de overheden in Zweden en Noorwegen. Ook wordt veel onderzoek gedaan naar de ontwikkeling van de dieren. Wie niet ver naar het noorden wil reizen kan de dieren ook van nabij bekijken in Naturparg Langedrag ten westen van Oslo.
Inmiddels hebben we ook rendieren in Nederland. Op een zorgboerderij in Hengelo worden rendieren gefokt en verzorgd. Soms gaan de rendieren mee voor een evenement, zoals op de Scandinavië-markt in Schokland. Overigens leefden er vroeger in Nederland ook veel rendieren; je ziet het bij de Geologie van ons land. De Noorse naam voor het rendier is: rein of reinsdyr, in het Zweeds ren. De Sami noemen hun rendier: buhtis, ráinnas